“Ik wil u graag spreken over een kat die bij u in het asiel is ingeslapen” zegt de man aan de balie. “Natuurlijk” zeg ik. “Was het uw kat? Dat is heel verdrietig”.
“Nou nee” zegt hij “het was een zwerfkat die al jaren bij mij in de tuin woonde. Ik zorgde voor haar, Zoetje had ik haar genoemd. Ze is onlangs bij jullie gebracht omdat ze niet meer wilde eten”.
Meebeslissen
Ik kijk in ons systeem. Zoetje is inderdaad in zorgwekkende toestand en zonder chip bij ons binnengebracht. We hebben gedaan wat we konden maar er is -zonder teveel op de details in te gaan- veel mis met haar lijfje. We krijgen Zoetje niet aan het eten. Na 14 dagen besluiten we om de lijdensweg te eindigen en laten haar inslapen.
Meneer is boos en overstuur. Hij vindt dat we meer hadden moeten doen, meer onderzoeken, meer behandelen. Op onze kosten, dat wel. Zoetje was immers niet zijn kat. We hadden hem moeten laten meebeslissen. De kat op haar vertrouwde plekje in zijn tuin moeten laten sterven.
We praten. Een uur lang. Hoewel het gesprek kalm en correct verloopt, proef ik een duidelijke ondertoon van verwijt bij de man. Ik leg uit dat voor Zoetje de uitkomst hoe dan ook hetzelfde zou zijn geweest. Hierover zijn we het uiteindelijk eens.
Uitzichtloos lijden
Onze meningen over hoe dat einde eruit had moeten zien, staan lijnrecht tegenover elkaar. Zijn suggestie om “de natuur z’n loop te laten hebben” is voor mij geen optie. Als een dier aan onze zorg is toevertrouwd, hoeft het niet onnodig te lijden.
“Dus ik kan beter geen dieren naar het asiel laten brengen” zegt hij dan “want dat overleven ze niet”.
En hij is niet de eerste klant die dit hardop denkt.
Uit frustratie over deze opmerking schiet ik in de verdediging.
“Denkt u nou werkelijk dat we dit werk zijn gaan doen omdat we het geen probleem vinden om dieren dood te maken?” vraag ik. “Hoeveel dieren denkt u dat er jaarlijks bij ons binnenkomen? En hoeveel denkt u dat er het asiel weer springlevend verlaten? Hoeveel mijn collega’s en ik over hebben om die dieren weer op de been te brengen? Wat we moeten doen om voldoende geld in te zamelen om al die kosten te betalen?”.
Hij schrikt een beetje van mijn reactie. Begrijpt dat hij een gevoelige snaar heeft geraakt. Hij belooft onze jaarverslagen met daarin alle cijfers zwart op wit door te lezen.
Ik vind het sneu voor hem dat hij de kat in zijn tuin moet missen en wens hem sterkte met het verlies. En ik bied mijn excuses aan voor het verliezen van mijn geduld. Waar ik niet mijn excuses voor aanbied – en dat ook nóóit zal doen – is voor het beëindigen van uitzichtloos lijden van dieren die aan mijn zorgen zijn toevertrouwd.
Vast protocol
Bij Dierentehuis Stevenshage gaan we zeer zorgvuldig om met euthanasie. We werken volgens een vast protocol. Er is een euthanasiecommissie die bestaat uit de dierenarts, de vaste verzorgers (kat/hond/overig) en de beheerder en/of plaatsvervangend beheerder. Alle leden kunnen een dier ter bespreking voorleggen en alle leden van de commissie moeten het eens zijn als er een beslissing wordt genomen.
Bij medische vraagstukken weegt de mening van de dierenarts natuurlijk zwaar. Toch, indien één van ons twijfelt, volgt er meer overleg, nader onderzoek of vragen we advies van buitenaf. We willen te allen tijde voorkomen dat iemand zich onder druk gezet voelt en we iets doen waar we later spijt van krijgen. Maar ook als we het na zorgvuldige afweging eens zijn, valt het ons nog altijd zwaar om een dier in te laten slapen. Want Dierentehuis Stevenshage is een tussenstation, géén eindstation.
De kat op onderstaande foto is niet Zoetje – beeld ter illustratie.
Laatste blog & nieuws
25 jaar Sylvia bij Dierentehuis Stevenshage!
Deze maand is onze collega Sylvia 25 jaar in dienst bij Dierentehuis Stevenshage! Als plaatsvervangend beheerder èn dierverzorger is ze al een kwart eeuw een onmisbare kracht in ons team. We zijn dankbaar dat ze zich al zo lang met hart en ziel inzet voor mens en dier, en trots dat ze dat bij Stevenshage doet!
Kledingcontainers leveren de dieren €2.500 extra op!
Op ons terrein staan vier grote oranje textielcontainers. Voor elke kilo bruikbaar textiel ontvangen wij via Stichting DierenLot een vergoeding. Onze recordopbrengst van maar liefst 17.050 kilo textiel van afgelopen jaar blijkt goed voor een top 3-notering, die Stichting DierenLot beloont met nog eens €2500 extra voor de asieldieren!
Succesvolle IJsjesdag bij winkelcentrum Stevenbloem
We kijken terug op een gezellige IJsjesdag afgelopen zaterdag 12 juli bij Winkelcentrum de Stevensbloem in Leiden! Veel wijkbewoners kwamen langs ons kraampje. Behalve veel mooie verhalen, knuffels met viervoeters en heerlijke ijsjes, leverde deze dag maar liefst €275 op voor de asieldieren!